Hoe ga je om met droogte in de tuin?
18/05/2022
Niet alleen voor mensen en dieren zijn lange periodes van droogte lastig, ook de natuur en je tuin hebben er last van. Hoe ga je om met droogte in je tuin? Hoe kan je je planten en gras verzorgen en beschermen? We geven tips over regenwater opvangen, extra schaduw voorzien, mulchen, slimme tuininrichting, een nieuw gazon dat de droogte kan weerstaan en vertellen hoe je kan water geven als het toch echt moet.
Vang regenwater op
Het klinkt niet meer dan logisch: als het dan regent, vang je best het hemelwater op. Dat kan in in een klassieke regenton of regenzuil, maar ook in een vijver(tje) of een wadi (een lager gelegen deel in je tuin waar het water de tijd krijgt om de grond in te trekken). Bovendien is het zonde om drinkwater te gebruiken voor je tuin. Regenwater bevat minder kalk waardoor je planten het beter doen. Ga nu aan de slag, dan ben je klaar voor de eerste regenbui.
Kies voor planten die tegen de droogte kunnen
Wil je nieuwe planten in je tuin zetten? Kies dan voor planten die beter tegen de droogte kunnen.
– Zet dorstige planten niet in een zonnig hoekje.
– Planten met grote bladeren verliezen veel water; geef hen een plekje in de schaduw.
– Plant bodembedekkende planten, zoals vrouwenmantel. Zij beschermen je bodem tegen uitdroging. Vooral onder grote bomen kunnen bodembedekkers goed overleven.
Plant grote bomen
Dit is geen verrassing: Een boom voorziet je tuin van heel veel schaduw waardoor de grond eronder veel minder snel uitdroogt. Het temperatuursverschil kan oplopen tot 10 graden. Plant het liefst een boom van hier met een goede diepe penwortel , zoals een eik of esdoorn. Ze halen vocht uit het diepere grondwater en dan blijft er voldoende water over voor het gras dat veel meer aan de oppervlakte wortelt.
Begin te mulchen
Onbedekte aarde droogt sneller uit. Om dat tegen te gaan, kan je mulchen. Mulch voorkomt dat de grond snel uitdroogt en zorgt ervoor dat de grond koeler blijft. Breng tussen je planten in de border een mulchlaag van ongeveer 5 cm dik aan. Dat kan met allerlei soorten organisch materiaal: compost, schorssnippers, grind, een dun laagje (gedroogd) gras of gehakseld tuinafval. Knip takjes en bladeren fijn en de wormen, pissebedden en andere opruimers doen de rest. Voor merels, heggenmus en roodborst is zo’n strooisellaag een gedekte tafel vol lekkere insecten en spinnetjes.
Mulchen doe je het best in het voorjaar, maar kan geen kwaad in de zomer of in de herfst. Zorg dat de grond vochtig is voordat je de mulch aanbrengt. Spitten doe je beter niet. dat droogt de bodem alleen maar uit.
Ga voor een gazon met een hoek af
Heel wat Belgen houden van hun gazon. Helaas heeft en klassiek gazon nauwelijks natuurwaarde. Ga voor een gazon vol leven en gratis bloemen. Met een paar eenvoudige ingrepen kan je van jouw gazon een stukje tuin vol leven maken.
– Maai je gras minder vaak of sla bij elke maaibeurt een ander stuk van je gazon over.
– Besproei je gazon niet. Je zal merken dat het zich na een periode van droogte sneller herpakt dan je dacht.
Ook je gazon kan je mulchen. Mulch voorkomt dat het snel uitdroogt. Laat gemaaid gras gewoon verspreid op je gazon liggen. Zet de grasmaaier wel op de hoogste stand, zodat het gras snel kan verteren, of gebruik een mulchmaaier. De grassnippers zitten boordevol voeding en vocht: precies wat je gazon nodig heeft tijdens een droge zomer!
Leg een groendak aan
Een groendak is een dak vol planten dat tal van voordelen voor de natuur oplevert. Het is niet alleen warmte- en geluidsabsorberend, het vangt ook regenwater op en de planten voeren het traag af waardoor de druk op rioleringen afneemt en wateroverlast wordt voorkomen. Een groendak is ook een belangrijke stapsteen voor planten en dieren.
Je hoeft niet meteen groots aan de slag te gaan, maar ook het dak van je tuinhuis, garage, fietsenstalling, schuurtje… kan dienstdoen als groendak.
Onthard je tuin of koer
Heb je een groot terras, of veel betonnen paden in je tuin, dan is het tijd voor een ecologische upgrade die je bodem ten goede komt. Onthard je ondergrond. Haal zo veel mogelijk harde ondergrond weg zodat regenwater beter kan doordringen in de bodem. Vervang de stenen door kiezels of een andere halve verharding.
Je kan ook gras mixen met halfharde oppervlakken en een blotevoetenpad aanleggen. Zo’n blotevoetenpad laat ook regenwater doordringen in de bodem en biedt schuilplaats aan tientallen diersoorten. Ga op zoek naar pissebedden, duizendpoten en wegmieren. Zulke diertjes zijn van levensbelang voor een gezonde tuin.
Ook dieren hebben water nodig
Niet alleen de planten hebben dorst. Ook de dieren in je tuin hebben water nodig om te drinken en af te te koelen. Zet op een aantal beschutte plaatsen schalen met vers drinkwater neer. Zet ze niet in de volle zon. Vogels badderen ook graag. Leg eventueel een steen in het water waarop ze kunnen rusten.
Voor egels en andere zoogdieren is het juist belangrijk dat ze goed bij het water kunnen. Zorg dus voor een lage rand waar ze gemakkelijk overheen klimmen.
Heb je een vijver? Egels zijn goede zwemmers, maar verdrinken door uitputting. Voorzie een loopplankje aan de rand waarmee dieren uit het water kunnen klimmen.
Toch sproeien?
Wanneer het echt een lange tijd droog is, en je planten ’s morgens vroeg nog slap hangen is het toch tijd water te geven. Kies dan vooral voor regenwater; het is milieuvriendelijk en is beter voor je planten. Drinkwater kan veel kalk bevatten. Planten hebben ongeveer 20 liter per vierkante meter nodig per week. Dat zijn 2 gieters (van 10 liter) of ongeveer 3 minuten op die plek sproeien met de tuinslang. Wil je toch kraantjeswater gebruiken? Zet de kraan dan niet volledig open en doe het bij voorkeur ‘s morgens of ‘s avonds, zo verdampt het water minder snel. Maar onthoud: gras hoef je niet te gieten! Het zal misschien een beetje geel worden, maar vanaf de eerste regen wordt je gras weer helemaal groen!
GOUDEN TIP
Geef je tuin liever één keer per week veel water, dan elke dag een beetje. Zo leren je planten beter om te gaan met de droogte. Hun wortels groeien dieper in de grond om water te vinden.
(Bron: natuurpunt.be)